The organ(ic) garden

Kunst in d'Oude Kliniek op 25 &26/03 te Beernem

Mijn werk The Organ(ic) garden omvat niet alleen de tafel-tuin die ik aan het opbouwen ben en waarmee ik de aandacht op orgaandonatie wil vestigen. Dit werk is ook niet gewoon vanuit een pro- of contrastandpunt dat omtrent donatie ingenomen kan worden gemaakt.

 

Ik heb het voorbije jaar een verwant verloren waarvan de organen gedoneerd werden en heb dus deze zijde van de donatie op nabije afstand mee gevolgd. Deze gebeurtenis triggerde mij dan ook als thema voor mijn deelname aan de tentoonstelling Kunst in d'Oude Kliniek


 

Mijn werk zal dan ook niet eindigen bij de tentoonstelling, ook al werk ik er nu een periode intensiever naartoe. Maar het thema van gezondheid, zowel fysiek als psychisch, vanuit een ziels-geestelijk aspect proberen te benaderen vraagt denk ik meer dan enkele maanden om dat enigszins te gaan begrijpen en dan in kunstzinnig werk om te zetten. 

 


 

Met dit werk wil ik andere mensen even aan het denken zetten over de gezondheid van de organen. Vaak is een aangeboren probleem de oorzaak van de nood aan een nieuw orgaan maar evengoed ontstaan de gezondheidsproblemen die een nieuw orgaan vereisen tijdens het leven. Dit kan een oorzaak hebben die al dan niet bewust gekend is. Om deze mensen meer overlevingskansen of een comfortabeler leven te geven worden dan soms organen getransplanteerd.

 


Spare parts

 

Zijn hele leven had hij tientallen machines en toestellen een nieuw leven gegeven met nieuwe of hergebruikte onderdelen. Hij was er goed in. Hij en zijn vrouw vulden elkaar naadloos aan. Zij wist precies wat ze moest bestellen als ze tussen het eten door aan tafel over de herstelwerken aan het praten waren. 

 

Wisselstukken, als ze dat hoorden wisten de kinderen hoe laat het was. Gewoon verder eten, het komt allemaal goed met de machines. En als dat dan toch niet meer mogelijk was dan kwamen de mensen een nieuwe kiezen. Die werd dan door de man aan huis gebracht en vakkundig geïnstalleerd en gedemonstreerd en het oude leed was weer vergeten. 

 

En zo gingen de jaren voorbij en de zoon trad na vaders pensioen in diens voetsporen. Alle klussen werden verder vakkundig geklaard. Tot op een dag, de zoon een ernstig ongeval voorhad. Eerst probeerden de dokters nog de schade te herstellen. Maar de schade was te groot, het verlies nog groter. Maar misschien kon het verlies gemilderd door het goede van het lichaam te gaan doorgeven voor wie dit dringend nodig had.

 

De organen, of ze die mochten gebruiken om andere mensen te helpen. En hoe dat allemaal zou verlopen. Van bijna dood tot helemaal dood. En wat tussenin allemaal zou gebeuren om die organen levend te houden. En nog een reanimatie in geval intussen een hartstilstand komt en het transplanteren nog niet kan starten. 

 

De vader vertelde het allemaal aan zijn dochter alsof ze aan tafel zaten en er opnieuw herstellingen dienden te gebeuren. Alleen was het nu haar broer die niet meer te redden was en van wie alle goede delen doorgegeven zouden worden om anderen te helpen.

 

De moeder kon het ditmaal niet aan er over mee te praten. Ze kon alleen de hand vasthouden van de zoon in zijn laatste uren, de laatste lichaamswarmte bespeuren, voor die verdwenen is, de laatste blik voor alles weg is.


 

Maar wat is dan de mens? Is hij gewoon een veredeld of verder ontwikkeld dier of is hij toch iets anders dan dat? Wat is zijn plaats en opgave in de wereld en de gehele kosmos. Is het lichaam gewoon een al dan niet goed draaiende machine die af en toe eens een mankement heeft en uiteindelijk de geest geeft? Ja, de geest geven, waaruit bestaat de mens dan zo allemaal? Geest, ziel, lichaam? Als we vanuit dit beeld zouden vertrekken heeft de mens een fysiek en niet fysiek element in zich. Dus wat als we uitgaan van de mens die niet alleen puur fysiek functioneert maar een ziels-geestelijk aspect in zich draagt dat dat als een toestroom van elektriciteit het lichaam en het denken in beweging zet?


The Organ(ic) garden, de naam is als een woordspeling gekozen, daar de connectie de mensen aan het denken kan zetten. Wie een (bio)groentetuin of ook gewone tuin heeft of wil aanleggen maakt zich meestal gedachten omtrent de soorten planten en de noden van deze om uitstekend te groeien. Maar hoeveel denkt een mens na over de noden van zijn organen. Hoeveel warmte en licht, aardse stoffen en vocht heeft een mens nodig om goed te gedijen. Zijn deze elementen puur fysiek te beschouwen of ook metafysisch?. Moet de mensen gewoon gezond voedsel nuttigen of heeft hij ook nog een ander soort voedsel nodig om goed te aarden in het leven?